maandag 13 juni 2011

Flashback

De telefoon gaat. Ik heb net een flinke hap van mijn broodje genomen en mijn oudste zoon neemt op en geeft me het toestel. Het is de buurman van mijn schoonouders: ‘Het gaat niet goed met je vader, hij staat buiten te schreeuwen omdat hij zijn kinderen kwijt is.’
‘Ik kom eraan’, zeg ik terwijl ik mijn lunch in een broodzakje laat glijden. Gelukkig staat de auto bij huis.


Als ik de woonkamer binnenloop, hoor ik gerommel op zolder. Vader (90) zoekt zijn kinderen boven nu hij ze buiten niet heeft kunnen vinden. Twee buren hebben helpen zoeken.
Zijn paniek en zijn emoties zijn authentiek. Hij kijkt me vertwijfeld aan. Ik begrijp toch wel hoe groot het probleem is? Hij heeft als vader steken laten vallen. De verantwoordelijkheid voor zijn zoekgeraakte kinderen weegt zwaar. Hij springt heen en weer in zijn eigen leven met flashbacks in de onvoltooid verleden tijd, zoals dat alleen in fictie en in dromen kan. Het is vijftig jaar geleden en hij is zijn twee jongste kinderen kwijt. Het kost me enige moeite om hem gekalmeerd in zijn stoel te laten plaatsnemen. Door op zijn verzoek de namen van zijn kinderen en kleinkinderen op te sommen, breng ik hem weer terug in onze tijd. Als ik even later de koffie op tafel zet, zegt hij: ‘Je weet toch wel zeker dat de kinderen in hun eigen huis zijn, hè?’ Ja hoor, knik ik.

Terwijl ik moeder (86) koffie uit de tuimelbeker laat drinken en ze zich het gebakje, dat nog over is van mijn zoons verjaardag, goed laat smaken, kijken we samen naar de finale van AEGON Championship tussen Andy Murray en Jo-Wilfried Tsonga, waarin de hoeveelheid breakpoints enorm is. ‘Jij moet daar straks ook zeker?, wijst mijn schoonvader naar de tv, ‘tegen je zus, ik zag het in de krant.’ Hij begint verwoed in de krant te zoeken en ik zoek mee, nieuwsgierig naar wat hem op het idee kan hebben gebracht. Tevergeefs. Mijn zus en ik hebben dezelfde schoonouders. Wij tennissen niet en hebben ook weinig van de zusjes Williams die bovendien niet eens meedoen op dit toernooi.
Als ik vader van een broodje heb voorzien en moeder een bakje vla heb laten eten, schrijf ik alles in het logboek, dat op de vensterbank ligt. Zo weet de dochter die vanavond komt ook hoe de middag is verlopen.

Als ik naar de auto loop, klop ik nog even bij de buurman aan om te zeggen dat vader weer terug is in zijn eigen tijd. De buurman is gerustgesteld, voor zolang als het duurt…